Théâtre des Variétés (1904-1914/1919)
Volksgebouw (1920-1926)
Prado (1926-1927)
Cinema Roxy (1928-1962)
Muziek in het Volksgebouw
Meirplaats
Twee jaar theater met een eigen orkest
Het socialistische volksgebouw – voorheen bekend als het Théâtre des Variétés – opende in september 1920 onder het bestuur van Frans Wijnans. Bedoeling was om naast de gesubsidieerde Koninklijke Nederlandse Schouwburg (KNS) een tweede Vlaamse schouwburg voor gesproken toneel tot stand te brengen en zo bij te dragen aan ‘de veredeling en ontwikkeling van ons Vlaamsche Volk door het Tooneel’. Een aantal acteurs van de KNS sloten na onenigheid met hun bestuur een contract met het Volksgebouw, zodat onmiddellijk gestart kon worden met eersterangs artiesten.
Zoals in de KNS, was ook hier een orkest werkzaam om tijdens de pauzes muziek te brengen. In het eerste seizoen stond dit orkest onder leiding van de violist Emiel Baeyens. Van zijn orkest maakten onder anderen deel uit de trompettist Warnants, klarinettist Van Camp, violist De Backer, fluitist Van den Broecke, celliste Mej.De Bruyne.
Vanaf september 1921 was Jules Ardenois orkestleider.
Het orkest werd het jaar daarna afgeschaft en vervangen door een orgel, ‘teneinde in deze moeilijke tijden eene tamelijk groote en niet bepaald noodzakelijke uitgave te kunnen uitsparen.’
Operettengezelschappen te gast
In de zomer van 1922 werd (waarschijnlijk maar) een operette uitgevoerd, Eva, van Franz Lehar, met een gezelschap onder leiding van Jules Dirickx en het orkest onder leiding van Henri Galliaert.
In juni en juli 1924 trad het operettengezelschap D’Hondt op in het Volksgebouw.
Debuut van Charles Janssens
Van mei tot juli 1925 ging ook de directie van het Volksgebouw over tot het inrichten van een operettenseizoen met het operettengezelschap van Jules Dirickx. Als orkestleider werd Henri Kennes aangetrokken. Van zijn orkest maakten onder anderen nog deel uit Mw. Caneau-Corijn, violiste, Thomas, fluitist, Cootmans, Van Hollebeke en Corijn jr.. Kennes bracht er ook enkele composities van eigen hand.
Op 9 mei 1925 maakte Charles Janssens hier zijn debuut als beroepsacteur in de operette De Dolle Lola van Fritz Hirsch. Het seizoen besloot met een kunstavond met de tenor Louis Morrisson.
Het Volksgebouw wordt de Prado-schouwburg
In februari 1926 trad nog eens een orkest op ter gelegenheid van carnaval met de opvoering van het blijspel met zang Robert en Bertrand onder leiding van Henri Galliaert.
De publieke belangstelling voor het gesproken toneel bleek echter tegen te vallen en het Coöperatief Verbond besloot in 1926 het gebouw te verkopen. Bestuurder Frans Wijnans huurde dan zelf de schouwburg om er samen met Ernest Kindermans een operettengezelschap te behouden. Onder de nieuwe naam Prado-schouwburg zou dit operettentheater nog een jaar overleven.
Eerste versie 6 jul 2011
laatste aanpassing :