“Want, wat gij thans te hooren krijgt, met een geperfectionneerde, electrisch bewogen en door een muzikant geleiden gramofoon, is absoluut hetzelfde wat een toonfilm te hooren geeft. Dat er geen hiaten zijn, geen storende toon-overgangen, dat hangt allemaal af van de handigheid van hem die de platen óp- en àfzet. Dat wordt weer een nieuwe kunst op zichzelf voor den bioscoop-dirigent.”